Een standbeeld voor Van Gogh

Groninger Genootschap Israels: dat is in juni 1918 een van de namen die worden voorgesteld voor de nieuwbakken kunstkring. Al snel blijkt echter dat veel leden een heel ander gemeenschappelijk idool hebben: Vincent van Gogh. Hun diepe bewondering brengen ze tot uitdrukking in hun stijl en onderwerpskeuze. Bij verschillende leden herkennen we begin jaren twintig Van Goghs heldere palet en zijn pasteuze, soms vinnige penseelstreek. Ze schilderen net als hij fel belichte landschappen, boomgaarden en boerenarbeiders aan het werk of rustend in het veld. Dat Van Gogh de schilders van de Haagse School van hun voetstuk duwt, blijkt als in 1922 een standbeeld voor Jozef Israëls wordt onthuld op het Hereplein. Enkele Ploegleden opperen of er niet ook een standbeeld voor Van Gogh kan worden opgericht. Dat beeld zal er in Groningen niet komen, maar het werk van de jonge Ploegleden vormt samen wel een monument voor het kunstenaarschap van Van Gogh.