Davos Frauenkirch
Wiegers, Jan


Een houten berghut onder een dikke laag sneeuw. De sneeuw heeft paarse schaduwen. Dit verschijnsel is voor het eerst beschreven door Goethe in zijn Farbenlehre (1810): "zelfs overdag, toen de sneeuw een wat gelige tint had, waren er zachte violette schaduwen te zien geweest, maar nu konden ze alleen nog maar diepeblauw genoemd worden, want een versterkt gele straling werd door de verlichte oppervlakten (van de rotsen wn de bomen gereflecteerd)". Door de gele tint van de zon op de sneeuw, nemen de niet belichte schaduwrijke oppervlakten de complementaire kleur aan, in dit geval paars.