Bergense School als inspiratiebron

Vincent van Gogh was al in 1890 overleden, en behoorde rond 1920 dus eigenlijk tot de meesters van het (recente) verleden. Er zijn ook kunstenaars van de Ploeg die naar generatiegenoten kijken. In het Noord-Hollandse Bergen werkt al enkele jaren een groep kunstenaars die, geïnspireerd door de Franse schilder Henri Le Fauconnier, in vaak donkere kleuren en met enigszins kubistische deformaties een nieuw gezicht geven aan thema’s als het landschap en het portret. Dat wekt de interesse van enkele nieuwsgierige Ploegleden: het ‘Bergense’ vorm- en kleurgebruik zijn herkenbaar in Jan Wiegers’ portretten van Jan en Jet Jordens-Luchsinger, in landschappen van Jan Jordens zelf en van Alida Pott. Juist deze kunstenaars vallen op als De Ploeg in 1920 in Amsterdam een expositie heeft. Over hen schrijft criticus Kasper Niehaus van De Telegraaf: ‘Slechts bij enkelen bespeurt men heel in de verte, dat zij zijn aangeraakt door een nieuw licht (mejuffrouw Pott, Jordens, Wiegers).’



