Portret van Johanna Ripperda van Winsum, echtgenote van Folckmer Beninga van Grimersum. Links het wapen van Ripperda en rechts van Ewsum (haar ouders). Ze draagt een zwarte tabbaard van een prachtig versierde glanzende stof. De contouren van de tabbaard zijn zijn slecht te onderscheiden. Om haar nek draagt ze een witte ronde kraag van gelijkmatige lubben. Om haar polsen draagt ze witte kraagjes afgezet met kant. Om beide polsen draagt ze een gouden armband. Haar handen heeft ze voor haar middel gevouwen en ze houdt een boek vast. Om haar linker wijs- en ringvinger draagt ze gouden ringen. Om haar rechterpink draagt ze eveneens een ring. Om haar hoofd een prachtige kanten boogjesmuts. Aan haar tabbaard heeft ze ter hoogte van haar middel nog enkele gouden ringen gehangen en een tandenstoker.
onbekend
Portret van Johanna Ripperda van Winsum, echtgenote van Folckmer Beninga van Grimersum. Links het wapen van Ripperda en rechts van Ewsum (haar ouders).